bell notificationshomepageloginedit profileclubsdmBox

Read Ebook: Ibrahim Pasha: Grand Vizir of Suleiman the Magnificent by Jenkins Hester Donaldson

More about this book

Font size:

Background color:

Text color:

Add to tbrJar First Page Next Page Prev Page

Ebook has 420 lines and 30811 words, and 9 pages

Ekzjelenzie, Een moeder die haar kind moet derve, Verlangt geen troost, wil gaarne sterve, Als zij haar kind slechts wederziet. Mijn m?mma is een ziekelijk weze, Ik ben in staat haar te geneze, As ik haar al mijn hulpe bied. Mocht u, zijn ekzjelenzie, mijn straftijd nog soms verlenge, Wellicht kon 'k nooit mijn plicht volbrenge, Die mijn nog tijdig overschiet. Zijn ekzjelenzie! Welaan; ik durf op grond te vrage, 't Zijn ekzjelenzie moog behage, Een gunstig blijk mij niet ontvliedt. Met dankbaarheid zal ik u loone, Want mijn gedrag zal altijd toone, De maatschappij ... da'k werkzaam ben op ieder gebied. En nu ten slotte hoogvereerde heer Baron Schenk Hendrik Evert Timmermans z'n vrijheid werom?"

"Timmermans?"--kwam de schilder verwonderd om z'n ezel.

Maar Racier hoorde hem niet. Hij zat ontroerd, en de tranen liepen 'm langs z'n witte gezicht.

"Was je moeder zoo ziek?"--vroeg de ander meewariger.

"K? je denke ... zoo'n nobele vrouwe het ommers d'r lijfars. Nee, 't was me dichtaar, die me dat zoo ontlokte ..."

"Maar waarom schreef je d'r nou toch in 's hemelsnaam Timmermans onder?"

"Wel, daar werkte ik toentertijd onder, onder die naam ... pseudoniem bij de rolle, die 'k allemaal vervulde ... We b?n nog zoo ver niet ... Zal je wel hoore, as 'k er an ben geland ...

"Kan 'k verder gaan? 'k Weet 't nou precies. Want 'k kon weer niet slape van 't prakkezeere vannacht, en toe heb 'k 't me eige woord voor woord overhoord, in me krippie, daar tussche al die gedalleste jonges ... As je maar luistert, dan za'k wel beginne:

"'k Vertrek vandaar--'k was ommers in 't Maastrichsche koffiehuis geweest,--nou daar trek ik vandaan, te voet, de Pote deur, en zoo na 't Rijnspoor: in me onderbroek! Gaan 'k in die wachtkamer zitte, en zit te leze in 'n stuk krant, genaamd de Figaro, die 'k op verzoek van de kelner uit het caf?-restaurant Du Commerce had magge meeneme, onder 't gebruik van geen consumptie, angezien me middele dat s?ance tenante nie' toeliet. Maar niemand heeft me die wachtkamer binne zien gaan. En nou komp er een trein an--waarvandaan is me tot hede onbekend--maar ik loop met dat volk mee 't station uit, en stap 't eerste rijtuig 't beste binne.

"Die koesier vraagt mijn: "mijnheer waarnetoe mot ik uedele brenge?" Maar ik doen da 'k die man nie verstaat. Waarop de tolk van de Mar?chale de Turenne geroepe wordt--'t rijkste hotel op de Kalveremart--waarop die koetsier zeit: "ik kan de man nie' verstaan." Maar die tolk die zeit: die man mot weze in De Zeve kerreke van Rome, en je mot 'n bitje hard rije, want daar zit een goeie fooi voor je op; die vreemdeling is een Spaansche edelman!--Waarop de koesier zijn zweep op zijn vierjarige zweetvos leit en mijn ventre ? terre stilhoudt voor de Zeve Kerreke van Rome ... En dat in me onderbroek! Ja, die rol is mooi; daar hebbe ze wat van geleerd. Maar er komt nog meer ... Wat je nou weet is maar kindere-spel.

"Die bediende treedt buite, maar verstaat mijn niet ..."

"Wat sprak je dan toch?"

"Italiaansch. Waarop hij de hotelhouer riep--son patron--waarop ik vroeg: "eb u voor mijn 'n kamer?" Waarop de hotelhouer zee: "jawel mijnheer, zooas u beveelt." Volges die etiquette steeg ik dat rijtuig uit, en zee tege de hotelhouder: "betaal me koesier, en geef'm 'n gulde fooi." Hm.

"Nou de entr?e in die gelagkamer. Dit alles geschiedt v??r zesse. Daar zit die meneer van 't hotel, en onder 't gebruik van 'n fijne flesch, etiket St. E.m.i.l.i.o.n,--die mot n?g betaald worde, maar da's 't kappitaal--het ie gedurende een uur met mijn zitte prate over Itali?, waar ie speciaal mee bekend was. Nou, maar 'k sting 'm!--Waarop ik mijn in de gereedstaande vertrekke terug wou trekke, om onder 't gebruike van een gloeiend haardvuur, m?t blokkies, mijn gedachte de vrije loop te late.--Ja, 'k mos me rol toch afprakkezeere!--Waarop ik gebrach wor in de hotelkamers num?ro ??n tot zes, en ze me zoodoende an me lot overliete.

"Daar ik mijn uit had gegeve voor luxe-paardehandelaar uit ... Jena, en er toemaals net 's anderedags paardemart in Rotterdam was, vroeg ik de hotelhouer, mijn vroeg te roepe, want ik geliefde met de eerste trein te vertrekke.... ... ten einde paarde te koope voor mijn firma!

"Nou begint pas de rol.--Daar hij mijn antwoordt: "daar is een elektrieke schel in je kooi, en daar wordt op gedrukt, en dan zal uedele wel opstaan, mijn gast." Waarop ik hem antwoord: "ik heb dat in Arnhem in 't Zwijnshoofd ook bijgewoond en sliep toch deur, om rede de bediende mijn an me mouw mot pakke en d?n staan ik pas op." Waarop hij mijn antwoordt: "aan uw vraag zal voldaan worre."

"Daar elke reizeger 's morreges pas betale mot, wier mijn netuurlijkerwijs 's avens nog om geen geld gemaand. Maar espres voor mijn wier 'n kelner angeschaft, die die taal machtig was, die ik sprak.

"Ik heb daar 's aves gesoupeerd--ja, netuurlijk eerste klas, 'k zel 't niet doen!--en vroeg om halftien na bed te magge gaan, daar'k om zeve ure twaalf mos vertrekke na Rotterdam, 'k Wier nabove gebrocht door de nieuwe bediende, die in die Spaansche taal tegen mijn zei: "meneer, je zet je laarze maar an je deur, en ze worre vanzelf gepoest."--"Nee"--zeg ik--"'t benne verlakte".

"Ik begon binne te gaan in salon num?ro premier; dan op num?ro deux, dan op num?ro trois, en zoo navenant, van alle gemakke voorzien, as biljarte, toilet m?t private,... ??? ... cuisine, en schrijfbureau style Louis quatorze, met satijn overtrokke, volges de etiquette van dat hotel ... au premier! Zoo begaf ik mijn naar de gereedstaande chambre ? coucher: nachttafeltje, table de nuit Louis quinze, met zes passende stoele, kleerkaste ... met portemanteau, overal van levende roze voorzien in vaze, style Louis ... quatorze.

"Daar begon ondergeteekende z'n eige uit te kleeje. Maar dit mos vlug in ze werk gaan, angezien ik geen broek heb. Ik trok me ulster uit en zette me kaplaarze buite de deur en sloot netuurlijk die deur, maar niet op 't hakie, want anders kon me nieuwe kamerbediende d'r niet in.

"Een speld kon je daar late valle, want er lagge allegaar tepijte, zoo stil as in een steene graf, want ze magge volges die etiquette de reizegers niet moeie.

"Ik nam me ulster en hong die een halve santim?tre van me nachttafel, trok me jaquet en me fantasie-vest uit--broek ha'k nie--en gong in me bed onder de hemel legge. 'k Heb nog nooit zoo royaal gemaft!--Hoe vin je 'm?

"Hoe 'k geslape heb ken elk weldenkend mensch wel denke. Nee, ondergeteekende het geen oog dicht geloke, want 'k denk aldeur: hoe za'k d'r morge vroeg af komme? Maar 'k hieuw me eige toch slapend.

"Die bediende komt 's morreges, die voor mijn ampart angesteld was, en zeit in de Italiaansche taal: "meneer, 't is tijd voor de trein."

"Die kamer lei vol tapijte, zoo 'k al zei. Maar toch hoor 'k 'm komme. En ik zee tege hem: "donnez moi mon pantalon, s'il vous plait; die leit onder me jaquet en vest op de stoel, en me ulster hangt er overheen." Hij zoekt mijn broek, en zeit: "je ne vois pas". Waarop ik in woedende vaart uit me bed vliegt en 'm vraagt of ie dacht dat 'k soms gek was geworde. En... "vite, appelez votre patron". Waarop mijnheer zelf in de kamer kom, en ik hem zee dat ik s?ance tenante na 't "Vaderland" in de Parkstraat zou gaan met een ingezonden stuk as ie mijn de schaai niet vergoedt. Maar hij valt op ze knie?, en smeekt: "ne faites pas ?a, want anders ben 'k eeuwig verneuried. En ik zal bij dat vest in de confectiewinkel sit?t een dito broek late hale."

"Ik zeg: "daar ben 'k nie mee gered, want me portemenee zat er in" "Hoeveel zat er in?"--vraagt hij. 'k Zeg: "da' kan 'k op geen tachetig, negetig, honderd gulde na zegge."--"Nou"--zeit hij--"weet je wat, dan late we die afrekening maar zoo zitte, jij krijgt nog 'n broek en ??n honderd gulde ..."

"Maar nou komt die steek, die 'k laat valle.

"Dat mos vlug in ze werk gaan, angezien 't rijtuig voor de deur sting te wachte om mijn te vervoere. Dit geschiedde allemaal in de vreemde tale. De hotelhouder buigt voor mijn als 'k instijg, en 'k zeg: "A la gare!" Maar bij de Koepokinrichting trek ik die koesier an ze jas, geef 'm de nege dubbeltjes, die 'k nog over heb van de kelner uit de Commerce, en zeg op z'n Hollansch: "zoo zal 't wel in orde weze". Waarop hij schrikt van die tale--na 'k later van de commissaris hoorde. Waarop ik de Rijswijkscheweg oploop, en me kostvrouw tege kom, mejuffrouw Damman uit Lammetjegroen, en zeg: "Bet, heb je niet altemet een paar gulde voor mijn?" Waarop zij mijn drie gulde geeft, en ik haar de honderd gulde van de "Zeve Kerke van Rome"--in bewaring netuurlijk. Waarop ik deurloop ... dwars in me ongeluk!

"Want daar op 't hoekie van de Ammenisie-have en 't Spui is 'n caf?, waar ondergeteekende binnegaat. Maar daar motte nou net nooit niks as kelners bij mekandere komme--??k 'n strop, zeg?--dat ze daar allemaal 's morges vroeg hullie kejakkie gaan gebruike, van 't h?tel Mar?chale de Turenne, de Zeve Kerke van Rome, H?tel des Indes, H?tel Paulez, de Ouwe en de Nieuwe Doele--mot je mee bek?nd zijn--?n uit 't restaurant de Maas in de Wagestraat. Want zie je, die baas in die zaak is zooveel as placeur.

"Staat me daar de bediende uit de Commerce--die van 't diner... complet! met die van de Zeve Kerreke van Rome, die enkel voor mijn was angenome,--hoor je hoe 'k rijm?--en die zeit: "wat daar vannacht bij ons plaas het gegrepe op de kamer van een Spaansche graaf?"... Om kort te gaan, die speelt mijn rol uit. En de kelner uit de Commerce vraagt: "hoe zag die heer er uit?" Maar nou krijgt ie mijn in de gate, en zeit: "'k Val dood as dat dezelfde knul niet en is, die zich voor het gegeve voor de burgemeester van Loosduine." De bediende van de Zeve Kerreke van Rome gaat 't an ze chef vertelle; die roept de pelisie. Mijn koesier slaat deur. 't Signalement wordt per telefoon na Delft overgebracht. En zoo wier 'k an de Ollandsche theetuin gep?kt!--Hoorde je die hache, die 'k as Franschman zijnde, weer niet uit kon spreke?"

Toen de schilder den volgenden morgen op z'n atelier kwam, vond hij zijn model al wachten. Racier was erg onrustig, zag er opvallend slecht uit, en z'n oogen glansden geagiteerd.

"Je mot me niet meer alleen late"--zei hij gejaagd--"daarom staan 'k nou voor 't raam, want dat groen achter die straat bevalt me ... As je me zoolang alleen laat, gaan 'k hier altijd maar staan; 't maakt me bang en ongedurig, zoolang jij d'r niet bij bent ... 't Komt door die vrijer daar ... 'k heb er 'n hekel an; die kijkt je dwars door je niere, wor je eng van... waar je staat, staan je... Doen me nou 's 'n eer, en draai die vent om--kunstenaar?"

De schilder nam glimlachend 't portret van z'n vader, dat in een hoek op den grond stond te drogen, en keerde 't vriendelijke oudemanne-gezicht naar den wand.

"Hoe kom je zoo zenuwachtig vanmorgen, Generaal? Wil je 'n sigaar?"

"Nee, ik rook niet."

"W?t zeg je?"

"Nee, as 'k daar an wen, komt 't mijn te duur. Da's nou 's 'n idee van mijn!--Weet je w?t fijn is?... 'n Pijp varinas ... dan ga je fanteseere ..."

"Maar waarom heb je nou waarachtig dat knappe pak niet aan?... 'k Geef je geen stuk meer, als je 't toch dadelijk verkoopt ... Je loopt 't weer bij als 'n roover ..."

"Pardon, kunstenaar, ik sterf nog liever, dan da'k wat verkoop wa'k van 'n ami intime gekrege heb. Maar 'k heb 't geleend an 'n jonge knul op logement, die op 'n betrekking uit mos. Hij kon d'r zonder mijn toilet ommers niet heen. Z'n pardessus was kaal ... zat 'n vreemd lappie op ... Hoog fijne knul anders, spreekt alle tale... op ??n na: 't Spaansch. Zal ik 'm nou leere ... kost mijn ommers niks. Maar ??n ding neem 'k 'm kwalijk: die jonge bidt!... T?ch gaf 'k 'm me jas en me vest!--Wie doet dat?--Ik, Jean Charles Racier ... as athe?st!... En vannacht ben 'k van die cente uitgeweest ... daar zien 'k zoo bleek van ..."

"Van de centen van mijn pak ... als athe?st zijnde!"

Racier schrok schuw in elkaar.

"D??r heb 'k 'n steek late valle. As je de rechter van extruksie was, zat 'k er z?? alweer in ... Affijn, we zulle d'r nou maar niks verder van zegge, da's beter ... enne ... jij ben ook de kwaaiste toch niet ... vergete en vergeve--zei de Heer ... 'k wil zegge: de Natuur."

Hij zat nu verlegen te blozen en voor zich uit te stamelen. Keek telkens tersluiks even op of "de kunstenaar" nog kwaad was, en lachte dan kinderachtig om 't weer goed te maken.

"Nou, 'k dacht dat jij gladder kon liegen, Excellentie. Je valt me tegen ... Maar vertel nou maar verder van hoe dat toen afliep met dien Spaanschen graaf-veekooper uit de Italiaansche stad Jena ... Je zat leelijk geknipt, h??"

"Ja--ze mieke mijn in de val! Waarop de rechercheur van Dremmele an me vroeg: "waar kom jij vandaan?" 'k Zeg: "ik kom met 't mooie weer uit Voorburg gekuierd." "Zoo"--zeit ie--"dan b? je mijn arrestant." En met ze twee? brenge ze mijn in de trein na De Haag. Daar kwamme d'r vier stille bij, en dat opperhoofd zeit: "Zoo, Racier, nou b? je dus weer binne." Nou, 'k hoefde dus me naam al v?st niet te verzwijge, want ze kenne me hier, en in De Haag, ja, door heel Nederland, as de bonste hond. Maar ik had nies op me gewete, h?? En 'k zeg dus: "je kan met mijn doen wat je wil." Doch daar ik arrestant ben, vervloek 'k 't netuurlijk om te loope--as 'k gesnapt ben, dan loop ik principieel nooit--waarop zij verplicht zijne volleges artikel tweehonderd ... enne ... dertien van de Code P?nal van 't jaar achttienhonderd en ... drie en dertig, om me per rijtuig na 't bereau te leie ...

"'k Had ommers niks ged??n! Daar getuigt eerst die gar?on van de hotel-restaurant du Commerce ... ? prix fixe ... premi?re classe, en ik zeg: "die man is in ze recht." Dan hale ze de kelner uit de Zeve Kerke van Rome ... les Sept ?glises de Rome, met z'n patron sp?cial, propri?taire ... et directeur-g?n?ral--en ik hou vol: wat die persone zegge is allegaar waarheid ... alleen heb 'k geen honderd gulde gehad ...

"'k Wier gevisenteerd en ze vonne op mijn dan ook twee gulde en vijf-en-dertig cente, zijnde 't soldo van wat ik verteerd heb an biere, wijne, thee enne ... room-chocolade, ? la vanille. Waarop ze mijn overbrenge, p?r vigelante met twee ... driejarige zweetvosse bespanne, na 't huis van bewaring op de Prinsegracht, wat tot hede nie meer bestaat. Want nou is 't in de Cazjewarisstraat. Waarop ik in verhoor zijn genome door de edelachtbare heere rechter van exstruksie, de weledele heer W.L.F. Morsing, wonende destijds Prinsengracht 753, derde huis van 't hoekie. Angezien ik geen avecaat laat pleite, zijnde die t?ch an 't groote kappitaal verpand, en ik zelfs as verdediger van ondergeteekende optreed, was mijn eisch weges oplichterij ... op hooge schaal: drie maande cellulair. En wel voor 't eerst op eige naam, as Jean Charles ... Constantin Edouard Racier ... Cadet, zijnde mijn vader in de Commune gevalle as ... martelaar de premi?re classe."

Hier zweeg hij van ontroering, dikke tranen in z'n oogen.

"Is je vader op de barricade gebleven, Racier?"--vroeg de schilder deelnemend.

"H??"--werd de ander uit z'n droomen gewekt--"papa? Wel nee, die is ommers as vrouw verkleed, as markiezin dan netuurlijk, Napol?on achtervolgd, l'Empereur ... en heeft 'm de grenze overgejaagd ... We hebbe d'r nooit spijt van gehad."

"D?t begrijp ik."

Add to tbrJar First Page Next Page Prev Page

 

Back to top